Gastblog door Jodie Becker (ontwerper en bedenker In a Flash card)
Bewegend leren voor peuters: hoe en waarom
Bas trippelt de keuken in met een hand vol kaartjes, ‘driehoek spelen, mama?’ vraagt hij lief. Anouk is trots dat zij zelf verantwoordelijk was voor het leren van ‘driehoek’ aan Bas. Ze verspreiden samen de kaartjes door de woonkamer en het spel kan beginnen. Bas maakt oogcontact en kijkt vol afwachting naar zijn moeder, Anouks hart warmt gelijk op. Bas lacht en straalt na de eerste opdracht: ‘taa-tuu taa-tuu, rij met de ambulance naar het vierkant!’. Al drie weken lang vraagt hij om de kaartjes in plaats van zijn bekende verzoek om samen met de auto’s te spelen.
Simpelweg het bewegen naar een object met als doel kennis te maken met een nieuw leerconcept, zoals cijfers, woordenschat of vormen. Terwijl bewegend leren een grote rol speelt in het basisonderwijs, is het nog in opkomst voor peuters. De voordelen zijn vrijwel oneindig, en wij hebben onze drie favorieten op een rijtje gezet:
Bewegend leren verenigd de drie leerstijlen auditief – visueel – tactiel. Deze drie leerstijlen vormen samen de basis van alles wat kinderen leren thuis, bij de opvang en op school. Ieder kind heeft een unieke balans en relatie met deze leerstijlen. Het ene kind luistert graag naar uitgebreide instructies (auditief), de ander heeft baat bij hands-on instructie (tactiel) en weer een ander begrijpt het meest door te observeren (visueel). Bewegend leren brengt deze drie leerstijlen tot leven. Bas hoort zijn moeder ‘driehoek’ zeggen en ziet hoe ze wijst naar het juiste plaatje. Hij kijkt naar de driehoek en rent er vrolijk naartoe. Onderweg heeft hij de tijd om de driehoek te observeren, opnemen en opslaan in zijn geheugen. Hij pakt het kaartje trots op en brengt het naar zijn moeder. Samen kletsen ze over wat ze zien en Bas trekt de driehoek over met zijn vinger.
Wij hebben het weliswaar over bewegend leren en spelenderwijs leren maar onze peuters ervaren het niet zo. Zodra ouders beginnen met het spel merken ze in rap tempo een verschil bij hun kindje. Het spel is een pauzemoment van instructies en verwachtingen. Het begint bij eenvoudige opdrachten en bloeit snel tot een unieke ervaring tussen ouder en kind rijk aan oogcontact en verbinding. De twee werelden komen even samen en de rest valt tijdelijk weg. Dit geeft ons als ouders ook een moment om de verbinding te maken met onze peuter.
Het is terecht een steeds meer bekender thema van nu: overprikkeling. Zowel grote als kleine mensen worstelen met de effecten van overprikkeling. Dit uit zich in ontelbare manieren en kinderen ontladen zich te pas en te onpas. Bewustwording en benoeming van signalen zoals humeurigheid, hyperactiviteit, verdriet en vermoeidheid bij peuters is een geleerde kunst. Maar hoe helpen wij onze peuters ontladen in een manier dat fijn voelt voor hun (en ons)? Vaak zijn wij geneigd om te grijpen naar een scherm, maar experts zijn het erover eens: met een scherm parkeren wij de prikkels die vooralsnog verwerkt moeten worden.
Beweging, lachen en lichamelijk contact met een vertrouwde persoon zorgen voor veilig en prettig ontlading zodat onze peuters niet hoeven te grijpen naar de bekendste oplossing compleet met tranen, driftigheid en een goede dosis drama.
Bewegend leren is een minder bekende speloptie voor peuters waarbij een kind zichzelf door de ruimte beweegt om belangrijke leerconcepten verder uit te diepen tijdens actief spelen. Het is daarnaast een oefening die zorgt voor contact en hechting tussen ouder en kind. Door naar elkaar te kijken, te luisteren, op elkaar te reageren en samen te lachen, ontwikkel je een sterkere band.
Wij vinden dat bewegend leren veel voordelen biedt voor het leven van elke ouder en ontwerpen daarom telkens nieuwe thema’s om te blijven verrassen en inspireren.
De In A Flashcards spelen spelenderwijs in op het concept bewegend leren bij peuters.
Vind je dit artikel interessant? Deel het via sociale media.