Sensorische Informatieverwerking is de samenwerking tussen onze zintuigen en doelgericht bewegen; anders gezegd tussen onze manier van waarnemen en ons handelen. In dit artikel zoom ik in op dementie en prikkelverwerking. Wat is prikkelverwerking en hoe verloopt deze bij mensen met dementie?
Onze zintuigen hebben twee taken: waarschuwen voor gevaar en ons van informatie voorzien. Zolang onze zintuigen vooral bezig zijn met het waarschuwen voor gevaar kunnen ze ons niet gelijktijdig van informatie voorzien. Het is dan moeilijk om informatie op te nemen, iets te leren en te onthouden of de aandacht bij het ‘werk’ te houden. Dit is herkenbaar in stress situaties, er kunnen dan geen goede keuzes gemaakt worden. Dit gedrag is er dan vaak de oorzaak van dat we problemen ondervinden, dat we niet meer kunnen handelen zoals we willen.
Maar hoe is de zintuiglijke informatieverwerking wanneer we ouder worden? Wanneer men ouder wordt, gaan een aantal zintuigen in kwaliteit achteruit. We zien minder goed, we horen minder goed en alles gaat wat trager. Het doelgericht bewegen wordt daardoor ook anders. Wanneer sprake is van dementie, is de prikkelverwerking weer anders. Bij deze doelgroep zien we dat de remming vanuit de cognitie (deels)wegvalt en kan er sprake zijn van ongeremd gedrag. Dit zie je in het blijven duwen van anderen, het boos zijn, het onrustige gedrag. Tevens gaan mensen met dementie dan overstemmen, wanneer bepaalde prikkels te veel worden. Bijvoorbeeld schreeuwen of zingen om andere geluiden buiten te sluiten, geluiden die de mensen niet bewust uitlokken. Mensen met dementie hebben behoefte aan meerdere zintuiglijke prikkels, juist omdat de zintuiglijke waarneming achteruit gaat. Begeleiders dienen van ook zoveel mogelijk gerichte prikkels te geven en zo weinig mogelijk storende, afleidende of niet ter zake doende prikkels. Deze laatste prikkels veroorzaken onrust en chaos. Dus bij het samen eten geen andere prikkels aanbieden zoals televisie, muziek of praten over heel iets anders. Dit leidt alleen maar af waardoor mensen met dementie niet eens door hebben dat er gegeten kan worden.
Mensen met dementie vinden het moeilijk prikkels af te weren en verbanden te leggen, vooral de geluid- en bewegingsprikkels. Daarom is het voor hen vaak onmogelijk om hun aandacht ergens op te richten; ze zijn heel snel afgeleid. Op een afdeling waar mensen met dementie wonen kunnen er teveel prikkels zijn. Personeel loopt heen en weer, telefoon en piepers gaan, er wordt naar elkaar geroepen, bewoners lopen van tafel weg en moeten weer opgehaald worden, de radio staat aan, etc. Dit geeft afleidende onrust en de mensen met dementie weten niet meer wat er gebeurt. Men gaat zelf ook lopen en (indien dit niet meer gaat of mag) wordt men heel gespannen en begint te wriemelen of te tikken.
De ‘gezellige drukte’ wordt door mensen met dementie anders beleefd. Dit betekent voor hen vooral een beangstigende chaos waarin zij niet kunnen functioneren. Veel materialen die wij gebruiken in verband met de hygiëne zijn vaak hard en weerkaatsen veel geluid, denk aan het zitten op houten stoelen.
Het kan ook voorkomen dat er juist te weinig zintuiglijke prikkels op de afdeling zijn. In de huiskamer is vaak niemand aanwezig of het is er stil. Een bewoner zit over de tafel te wrijven, een ander voelt steeds aan haar eigen armen, iemand roept af en toe een kreet. Bij veel mensen met dementie zijn de hersenen nog wel op zoek naar prikkels. De persoon met dementie gaat dan zelf geluid- en bewegende prikkels maken. Of gaat op zoek naar plekken waar beweging of geluid is.
Voor mensen met dementie zijn over het algemeen herkenbare, langzame beelden prettig om te ervaren. Denk hierbij aan trage films uit het verleden, liefst met dieren of over de natuur. Ook de zogenaamde ‘stomme films’ zijn goed om aan te bieden, hierin wordt veel gebruik gemaakt van gebaren en mimiek. Deze non-verbale communicatie wordt beter begrepen dan taal.
Paraverbale communicatie is eveneens belangrijk bij mensen met dementie: de klank van onze stem, het tempo waarin we spreken en de toon waarop we iets zeggen. Ook zijn bewegende lichten zoals een discobol, video’s van vogeltjes, openhaardvlammetjes, projecties op de muur of een tovertafel fijn voor mensen met dementie en ze trekken hun aandacht. Maar denk ook eens aan sensorisch speelgoed, voelmateriaal, sensorische ballen, glitterlamp of bubbelbuis en vloertegels die licht geven of waarin vloeistof zich verplaatst door er druk op uit te oefenen.
Vind je dit artikel interessant? Deel het via sociale media