Is jouw kind wel eens bang? Ben je zoekende of de angst bij de leeftijd hoort of dat er meer aan de hand is? In dit artikel schets ik de gewone angsten en ga ik dieper in op de verschillende soorten kinderangsten en angststoornissen die er zijn.
Wat zijn normale Kinderangsten?
Elk kind maakt in zijn ontwikkeling een aantal angstige perioden mee. Welke kinderangst is ‘normaal’?
Eenkennigheidsfase
Deze angst zie je bij je kindje rond de negen maanden. Je kindje gaat zich hechten aan een vertrouwde verzorger en kan hierdoor erg aan jou gaan hangen of aan een andere persoon met wie hij zich vertrouwd voelt. Daarnaast lijkt het alsof hij vreemde mensen plotseling eng vindt: hij begint gelijk te huilen als vreemden in de buurt komen. Daarom wordt eenkennigheid ook wel vreemdenangst genoemd.
Verlatingsangst
Deze fase is rond de anderhalf jaar. Verlatingsangst is de angst om verlaten te worden. Bij jonge kinderen speelt het op als ze gescheiden worden van hun vader of moeder. Als je je kind achterlaat bij de oppas of bij opa en oma. Je kind kan nog niet inschatten dat jij als vertrouwde verzorger hem of haar weer op komt halen.
Fase van het magische denken
In de peuterfase gaat de fantasie vaak met je kind aan de haal. Zo kan je kind bang zijn van draken en spoken. Bang zijn van de kapper
Angst voor verwonding
Het niet naar de kapper willen gaan is een bekende angst. Je kind is bang dat hij of zij pijn gedaan wordt, zijn lichaam stuk gaat. Ook het gillen bij een klein wondje kan hieronder vallen. Deze angst vindt in kleuterfase plaats.
Soorten kinderangsten
Faalangst
Faalangst is een vorm van angst, die je ervaart als je moet presteren. Faalangst kan op verschillende gebieden voorkomen. Bijvoorbeeld: je kan het ervaren op het werk, school en zelfs thuis. Zo hebben veel mensen het idee dat zij verantwoordelijk zijn voor bepaalde dingen in het gezinsleven. Maar doorgaans ervaren mensen faalangst als ze iets moeten presteren op het werk of op school.
Tips bij Faalangst
1-Besef dat fouten maken normaal is. Iedereen maakt weleens fouten en je mag fouten maken op je werk of in het leven.
2-Werk als ouder aan het zelfbeeld van je kind met faalangst.
3-Bereid je kind voor, laat op tijd weten wanneer er een toets komt.
4-Blijf positief naar je kind. Help je kind om ‘helpende gedachten‘ te bedenken
Sociale angst
Als je een sociale fobie hebt, ook wel sociale angst genoemd, ben je erg onzeker en bang dat andere mensen je niet aardig vinden. Je bent bang om kritiek te krijgen, of om gepest of uitgelachen te worden. Sociale contacten en sociale bezigheden ga je daarom liever uit de weg.
Tips bij sociale angst
1-Leer je kind eenvoudige ontspannings- en ademhalingstechnieken
2-Help je kind rampgedachten relativeren. Gebruik hiervoor de ‘helpende gedachten’ kaartjes.
3- Vermijd de sociale situaties die angst opwekken niet, hoe moeilijk dit ook is. Wanneer je de situaties gaat ontwijken, kan de angst hiervoor bij je kind juist groter worden.
5-voor kinderen die al wat ouder zijn: Schrijf in een dagboekje op hoe je je voelt wanneer jij in de gevreesde situatie zit. Hoe reageer je? Wat denk je? Je kunt ook opschrijven wat je eventueel doet om de angst te verminderen
Selectief mutisme
Selectief mutisme is een vorm van afwijkend gedrag, waarbij een kind weigert om in bepaalde sociale situaties te spreken. Het wordt selectief genoemd omdat het spreken in andere situaties wel volstrekt normaal verloopt. Men denkt dat aan de grondslag van het probleem een combinatie van oorzaken ligt. Temperament en angst spelen zeker een belangrijke rol. Soms kan het ook duiden op een psychologisch trauma of een nog niet gediagnosticeerde ontwikkelingsstoornis (bvb. autisme).
Vaak hebben familieleden van deze kinderen eveneens last van angststoornissen. Belangrijk om te begrijpen: een kind met selectief mutisme wil praten, maar durft of kan het niet en hierbij schetsen we dan ook tips voornamelijk voor de leerkracht.
Tips voor kinderen met selectief mutisme
Communicatie tips voor de leerkracht
- Het is niet erg als het kind nog niets durft te zeggen tegen anderen. Help als leerkracht de leerling om in plaats daarvan dingen te doen (zwaaien, iets geven aan een ander kind, ja/nee knikken) en complimenteer het kind daarmee.
- Zoek een rustig moment om met het kind te praten, bijvoorbeeld even na school als de andere kinderen weg zijn en als de ouder erbij is.
- Vraag het kind in overleg met ouders iets van thuis mee te nemen om te laten zien. Kies een veilige plek en een rustig moment en stel er wat vragen over. Kijk of het kind deze durft te beantwoorden of zelf iets durft te vertellen. Als het kind nog niet verbaal durft te antwoorden, stel dan gesloten vragen waarop het kind kan knikken of schudden met zijn hoofd.
- Betrek ouders en kijk of het kind durft te praten op school wanneer er geen anderen (in de directe omgeving) aanwezig zijn. Help ouders om hun kind te stimuleren zonder verbale antwoorden af te dwingen. Zie hier voor tips voor ouders om hun kind te helpen spreken in een nieuwe klas of groep.
- Geef het kind een opdracht of werkje om samen met een vriendje of vriendinnetje te doen. Wijs ze een rustige plek en loop af en toe eens langs. Zeg iets positiefs over wat ze aan het doen zijn maar stel nog geen vragen. Loop gewoon door en ga later nog eens langs. Als het kind met een vriendje durft te praten kun je later eventueel een vraag stellen.
- Laat tijdens een gesprekje geen lange stiltes ontstaan. De spanning loopt daarin meestal te hoog op. Houdt het tempo van een activiteit rustig en geef het kind de kans om iets te zeggen, maar vul stiltes zelf op met een opmerking of een keuzevraag waarop het kind kan knikken of schudden met zijn hoofd. Complimenteer het kind met alles wat het al weet of kan, ook als het non-verbaal is.
- Beloon iedere poging om te communiceren (non-verbaal en verbaal) met een compliment, aandacht of met een stickertje.
- Gebruik humor om het kind spontaan iets te laten zeggen. Zeg bijvoorbeeld iets dat niet klopt en kijk hoe het kind reageert.
Het kind voorbereiden en veiligheid bieden
- Bereid nieuwe situaties (schoolfotograaf, feesten, sportclubje) goed voor. Leg stap voor stap uit wat er gaat gebeuren. Laat het kind nooit als eerste iets doen maar laat het eerst kijken naar andere kinderen of doe het zelf voor.
- Stel geen eisen waar het kind niet aan kan voldoen maar zoek een alternatief zodat het kind wel kan participeren. Durft je kind op een verjaardag geen hand te geven aan de jarige en aanwezigen. Laat je kind dan met je meegaan en laat het kind een tekening of kaartje overhandigen waarop gefeliciteerd staat.
Gegeneraliseerde angst
Hieronder worden angsten bedoeld voor concrete situaties, plaatsen, dieren, enz. (fobie) . Ook veelvuldig overal over piekeren en bang zijn valt hieronder.
Iedereen piekert wel eens en soms is dat ook zelfs nuttig. Je zorgen maken stimuleert je bijvoorbeeld om je goed voor te bereiden op een situatie waarin je moet presteren, zoals een tentamen of een sollicitatiegesprek. Mensen met een gegeneraliseerde angststoornis hebben een vage en onredelijke angst voor over allerlei gevaren die in de toekomst plaats kunnen vinden. Ze voelen zich bedreigd, ongemakkelijk, onrustig en hebben constant angstige voorgevoelens over dreigend onheil. Ze maken zich zorgen over allerlei dingen, terwijl er geen reden voor is. Zo tobben ze over hun studie, terwijl ze goede resultaten behalen. Over hun gezondheid, terwijl er niets aan de hand is. Het piekeren is voor hen een automatische reactie geworden op alledaagse problemen. Ze zijn bezorgd, angstig, nerveus en gespannen, vinden het moeilijk hun angst en gepieker te beheersen en maken zich zorgen over allerlei kleine, dagelijkse gebeurtenissen. De angst en bezorgdheid gaat samen met minstens drie van de volgende symptomen: rusteloosheid, vermoeidheid, moeite met concentreren, prikkelbaarheid, verhoogde spierspanning, slaapproblemen.
Tips bij gegeneraliseerde angst
1-zorg voor voldoende ontspanningsmomenten voor je kind
2-vermijd geen moeilijke situaties, maar bied hulpmiddelen aan om de angst te verminderen of onder controle te houden.
3-benoem de goede dingen die je kind gedaan heeft, dit geeft je kind zelfvertrouwen.
Wanneer is er sprake van een angststoornis bij je kind?
We spreken van overmatige angst bij kinderen als het kind van kleins af aan al voortdurend angstig is. Als dit blijft duren, kunnen we van een gegeneraliseerde angststoornis spreken. Een bepaalde vorm van angst bij kinderen is normaal, maar als het te vaak voorkomt en het zijn/haar leven begint te overheersen, spreken we van een angststoornis.
In dat geval heeft je kind namelijk moeite om de controle over de situatie te behouden. Tevens kan je kind na een tijdje dan bepaalde situaties beginnen vermijden. Ondanks dat je kind misschien weet dat het eigenlijk niet angstig moet zijn, kan het zichzelf toch niet kalmeren.
Symptomen van een angststoornis bij kinderen?
Als aan volgende voorwaarden voldaan wordt spreken we van een overmatige vorm van angst bij kinderen en dus een angststoornis als de symptomen gedurende langere tijd aanhouden:
- Je kind ervaart een voortdurend niveau van angst of zelfs paniek.
- De angst zal leiden tot vermijdingsgedrag, wat eventueel na een tijdje kan leiden tot depressieve klachten.
- Je kind is voortdurend gespannen en nerveus.
- Je kind is uitgeput van de voortdurende spanning en angst.
- Door de angst blijft er weinig energie over voor dagelijkse activiteiten. Je kind is dus vaak vermoeid, waardoor bepaalde taken niet meer uitgevoerd worden.
- Je kind ervaart vaak een spierspanning
- Je kind ervaart slaapproblemen
- Je kind kan zich niet langer goed concentreren.
- Je kind reageert vaak geïrriteerd.
- Je kind zoekt veel geruststelling uit de omgeving.
Angst bij kinderen kan dus zeer uitputtend zijn en het kind op buitenproportionele wijze beïnvloeden. Alle levensgebieden van het kind kunnen eronder lijden. Hulp zoeken is dan zeker aan te raden.
Therapie bij kinderen met angst
Vaak zijn ouders erg blij met deze handvatten en ziet het gezin na de succesvol afgeronde therapie weer vol vertrouwen de toekomst tegemoet.
Cognitieve gedragstherapie
Het uitgangspunt van is dat gedachten invloed hebben op de manier waarop iemand zich voelt en gedraagt. Door angstgedachten te veranderen zullen ook gevoelens en gedrag die daaruit voortvloeien veranderen.
Groepstherapie
Groepstherapie is het volgen van therapeutische begeleiding in groepsverband. Verschillende kinderen komen samen om te kijken naar hun problemen. Meestal bestaat een therapiegroep uit 5 tot 10 groepsleden.
Soms kan er gewerkt worden rond één gemeenschappelijk thema waar elke persoon het moeilijk mee heeft. Maar ook verschillende of uiteenlopende thema’s zijn mogelijk.
Groepsleden brengen hun verhaal en hier wordt tezamen op ingegaan. Dit kan door de groepstherapeut die verdiepende vragen stelt, maar ook de anderen geven hun mening of reactie. Hierdoor ontstaat er leerrijke interactie die tot veel inzichten kan leiden.
Speltherapie
Speltherapie is een vorm van psychotherapie voor kinderen, waarbij spel als middel gebruikt wordt om een kind te begrijpen en te helpen. Waarom speltherapie? Speltherapie is een effectief hulpmiddel om een gestagneerde ontwikkeling van het kind weer op gang te brengen.
Medicatie bij angst
Medicatie kan je kind ondersteunen om zich te kalmeren bij angsten, raadpleeg hiervoor de huisarts of psychiater.
Lees ook
Vind je dit artikel interessant?