Op onderzoek Deel I
Om te beginnen zal ik me voorstellen. Ik ben Lilian, moeder van drie prachtige dochters. Na de geboorte van dochter #2 ben ik gestopt met werken om zelf voor onze kinderen te kunnen zorgen. Ik vond het een geweldige keuze, nog steeds trouwens. Nadat ik mijn opleiding SPH had afgerond, was het voor ons tijd voor kinderen. Ik was dan ook al jong moeder. Ik geniet ervan. Zodra de oudste naar school ging, heb ik me aangemeld voor de ouderraad. Inmiddels zijn ze 8, 10 en 11 jaar en rijd ik wat met ze af voor sport.
Onderzoek
Twee en een half jaar geleden hebben we dochter #3 laten testen, onderzoeken, doorlichten. Wij waren ervan overtuigd dat ze anders functioneerde dan de andere twee. Aangezien ikzelf een opleiding heb in de hulpverlening, heb ik enige kennis omtrent gedragsproblemen. Hierbij zeg ik wel dat ik weet wat er is, maar zeker niet genoeg kennis heb om conclusies te trekken. Maar aangezien vaders en vroeger opa ook bepaalde gedragskenmerken vertonen die neigen naar autisme, wilden vaders en ik dat wel onderzocht hebben. Wij herkennen heel veel, maar zijn natuurlijk wel subjectief in de beoordeling.
Tijdens de intake met de gedragsdeskundige kwam er het een en ander ter sprake. Nu was ik ontzettend tevreden over zijn benadering naar dochter #3. Zij kan een masker opzetten waar niemand doorheen prikt, maar hij (het is natuurlijk wel zijn werk) prikte dit gelukkig wel door. Op een ontzettend leuke manier waardoor dochter #3 het masker af durfde te zetten. Wat ik dan mooi vind om te zien; zij zat op haar eigen stoel de leuke meid te spelen. Blij, alles is makkie. Meneer zei; masker af. En terwijl ze dat deed, pakte ze mij vast. Ze klom net niet op schoot, maar zocht wel lijfelijke bescherming. Hij was bereid haar te testen op van alles, alleen moest ik zelf autisme voordragen. Na beargumentering begreep hij mijn standpunt en werd autisme ook aangekruist voor onderzoek. Uitslag: het kan ppd-nos zijn, maar tevens spreken andere uitkomsten dit tegen. Duidelijk toch?
Opnieuw de lijsten door
Door deze onderzoeken werden we wel bevestigd in onze vermoedens dat ze anders functioneerde dan de andere twee en hebben we thuis begeleiding gekregen. We leerden nog beter hoe we ermee om konden gaan, we leerden luisteren naar ons gevoel. Kiezen voor het gezin in plaats van maatschappelijke druk. We hebben een planbord aangeschaft (en gebruiken deze ook) en zo nog veel meer. Maar toch lopen we steeds weer tegen dingen aan. Thuis gaat het echt niet altijd goed. Deal with it. We overleven het wel, we zetten door, we passen aan.
Op school gaat het wel goed. Tenminste, ze gedraagt zich op school goed. Maar al die dingetjes, van gedrag van anderen tot te veel verantwoordelijkheid over eigen werk, die komen thuis naar buiten denderen. Thuis pakt ze haar schooltas letterlijk en figuurlijk uit. Fruitbakje in de keuken, spanning tegen iedereen die in de weg loopt. Dit alles heeft ons doen besluiten opnieuw de onderzoeken in te gaan. Dit keer geen instelling gericht op gedragsproblemen, maar naar de kinderarts. Op advies van de begeleider die we toch maar weer even gemaild hadden. Deze kijkt toch op een andere manier naar ons kind, kan advies inwinnen van andere deskundigen. Met de afspraak kwamen meteen de eerste vragenlijsten, één voor ons en één voor de juf, 73 vragen.
TIPS
- Luister naar je gevoel. Wij ouders zijn ervan overtuigd dat we dochter #3 ergens te kort doen, waarschijnlijk door haar te overvragen. Ze lijkt zo veel aan te kunnen, maar de verantwoordelijkheid die erbij komt kijken is te groot. Dat geeft spanning. Waarschijnlijk kan ze de taken wel aan, maar moet het anders aangeboden worden. Meer duidelijkheid, minder wisseling.
- Blijf in gesprek. Bij het laatste gesprek zei de juf weer; op school zegt ze dat echt niet. Had ze ’s middags thuis bij mij staan huilen van spanning, stress en verdriet omdat de presentatie niet zo goed ging als ze hoopte. Zegt ze de volgende ochtend tegen de andere juf: ja het ging wel. Ik kan leren van de tips. Ja duh, dat had ik zes keer gezegd de dag ervoor.
- Zoek hulp. Wij doen het heel goed. Ik ken mijn kind, vaders begrijpt zijn kind. Wij komen zelf echt een heel eind. Maar soms weten ook wij het niet meer. Dat mag. Daar zijn al die hulpverleners voor.
Wij laten weer testen, eigenlijk omdat we bevestiging zoeken. We hopen dat een diagnose mogelijkheden geeft. Een pasje met de juiste code voor een heleboel deuren die dan open kunnen gaan. Hulpbronnen die we kunnen gaan gebruiken. Om het leven voor dochter #3 en onszelf makkelijker en leuker te maken. - Lijsten invullen. Ik doe het eerst alleen met potlood. Dan lees ik ze voor aan vaders. Zegt hij hetzelfde, dan met pen bevestigen. Zegt hij wat anders, dan gaan we in gesprek.